Bruinborstrietvink
Nominaatvorm:
Lonchura castaneothorax castaneothorax Oost-Australië Oost Australische bruinborstrietvink
Ondersoorten:
Lonchura castaneothorax assimilis Noord West-Australië Noord Australische bruinborstrietvink
Lonchura castaneothorax boschmai centraal Nieuw Guinea Berg bruinborstrietvink
Lonchura castaneothorax
ramsayi Zuid-oost Nieuw Guinea Zwartkop dwergrietvink
Lonchura castaneothorax
sharpii Noord Nieuw Guinea Dwergrietvink
Lonchura castaneothorax uropygialis West Nieuw Guinea
Van de ondersoorten is er in Avicultuur maar 1 duidelijk bewaard gebleven; de sharpii. Deze is op een andere pagina uitgwerkt. De ondersoorten boschmai, ramsayi en uropygialis zijn niet of nauwelijks geimporteerd geweest en hebben waarschijnlijk geen invloed gehad op de bruinborstrietvinken zoals we die nu in Nederland kennen. De ondersoort ramsayi wordt ook niet door alle ornithologen erkend. De ondersoort assimilis en de nominaatvorm zijn wel geïmporteerd, maar helaas door kwekers nooit als verschillende soorten/ondersoorten herkend en daardoor tegen elkaar gekruisd. Hierbij hebben kwekers voornamelijk geselecteerd richting de kenmerken van de assimilis. Dit betreft dan een duidelijkere flanktekening, een cremekleurige buik in plaats van de witte buik van de nominaatvorm, donkerder in de wangen met minder streepjes, een intensiever kastanjebruin rugdek en donkerder borst.
Ringmaat: 2,7
De bruinborstrietvink is een geschikte soort voor beginners en kan zowel in de broedkooi als in een (gezelschaps)volière worden gekweekt. Het zijn vrij sterke vogels die redelijk makkelijk overgaan tot broedactiviteit. Een veelvoorkomend probleem is wel de partnerkeuze. Sommige door de kweker gekozen koppels zullen elkaar niet accepteren. Dit is gemakkelijk te herkennen. Als ze na anderhalve maand nog steeds niet bij elkaar op stok gaan zitten maar hun eigen aparte stok of zitplek kiezen dan kun je het beste eens een andere koppeling proberen. Koloniebroed is echter ook goed mogelijk bij deze soort en dan kunnen ze zelf hun partner kiezen. Voor alle Lonchurasoorten geldt dat er maar 1 soort gekozen kan worden per volière want het risico op bastaarderen is anders erg hoog.
Benaming in verschillende talen
Nederlands: Bruinborstrietvink
Engels: Chestnut-breasted mannikin
Duits: Braunbrustnonne
Spaans: Capuchino Pechicastaño
Frans: capucin donacole
Italiaans: Donacola petto castano
Kweker Bert van Rijkom Mutatie mokkabruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie mokkabruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie roodbruin
Mutatie roodbruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie Roodbruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie Roodbruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie Roodbruin
Kweker Bert van Rijkom Mutatie Roodbruin
© H. B. Grimmius mutatie roodbruin
© Henk de Vos Kweker Bert van Rijkom Mutatie roodbruin
© Henk de Vos Kweker Bert van Rijkom Mokka, SL Ino en Wildkleur
© H.B. Grimmius Bruinborstrietvink met jong
Bruinborst jong mutatie roodbruin
© H. B. Grimmius
© S. Flapper
© S. Flapper
© S. Flapper
© S. Flapper
© S. Flapper